TOP

Merendeel detaillist niet blij met ‘Fashion Days’ WFC

Uit onze poll blijkt dat maar liefst 84% van de stemmers de 'Fahion Days' van het WFC als 'broodroof' bestempelt. Het inkoopcentrum hield het afgelopen weekend een monstersale waar 12.500 consumenten op af kwamen.

Brancheorganisatie CBW-Mitex luidde vorige week de noodklok toen er grootschalig advertenties in landelijke media verschenen om de ‘Fashion Days’ aan te kondigen. Edwin Denekamp, directeur van het WFC, noemde de reactie van de brancheorganisatie overtrokken.

Uit onze poll is gebleken dat de meeste stemmers het eens zijn met het CBW-Mitex want 84% vindt de ‘Fashion Days’ broodroof. 2% vindt de monstersale voor consumenten noodzakelijk en 14% heeft er geen moeite mee.

“Ik begrijp de zorg van de detaillist, maar om nou te roepen dat het broodroof is, dat gaat me wat ver”, reageert Denekamp op de uitslag van onze poll. “Wat is aangeboden tijdens de Fashion Days zijn monsters, retouren en oude voorraad uit de kelder. Items die de winkelier toch niet wil verkopen.” De directeur meent dat CBW-Mitex zijn pijlen dan eveneens moet richten op de vele kortingsacties die worden georganiseerd door warenhuizen en grootwinkelbedrijf zoals de Maffe Marathon van Bijenkorf of het Prijzencircus van V&D. “Dat soort grote uitverkopen in april kun je dan net zo goed als fnuikend voor de detailhandel bestempelen”, aldus Denekamp.

Paul te Grotenhuis, woordvoerder van CBW-Mitex, vindt dit appels met peren vergelijken: “Het klopt niet dat een inkoopcentrum als het WFC zich opeens nadrukkelijk gaat manifesteren als een plek waar consumenten een slag kunnen slaan. Daar zijn winkels voor bedoeld. De Bijenkorf is geen inkooplocatie, zijn mogen met hun Maffe Marathon consumenten prikkelen. Het WFC is er voor de retailer en niet voor de consument.”

Te Grotenhuis begrijpt dat leveranciers van hun overtollige voorraad af willen, maar is van mening dat een monstersale in het WFC niet de manier is. “Huur een winkelpand en ga zelf retailen, daar is niets mis mee. Uitverkoop voor consumenten hoort in de winkelstraat thuis en niet in een inkoopcentrum.”