Textilia sprak met Anja van den Bersselaar, directeur van Van Winkel Fashion, het moederbedrijf van Ledûb.

Wat maakt Ledûb anders dan andere shirtmerken?

“De shirts van Ledûb hebben een scherpe prijs-kwaliteit-verhouding. Zo ligt de verkoopprijs rond de 69-89 euro. Daarnaast hebben we een enorm aanbod; elk half jaar produceren we met zo’n negentig tot honderd doeken, dus is de keuze enorm. We hebben ook nog eens veel verschillende pasvormen, voor ieder wat wils. En: tot 2003 nog produceerden we onze shirts in Nederland. Toen we besloten de productie te verplaatsen naar het buitenland hebben we bewust gekozen voor een eigen fabriek. Hierdoor kunnen we controle houden op de productie en kunnen wij kwaliteit blijven leveren.

Hoe werkt de inkoop?

“We hebben twee hoofdcollecties per jaar, maar ook twee tussencollecties per jaar. Hierdoor hebben we elk half jaar een uitleverperiode gedurende vier maanden. Daarnaast hebben we een vrij groot voorraadprogramma, zowel in basics als in modische items, dus als een klant iets goed verkoopt, kan hij/zij het aanvullen uit deze voorraad.”

Wat is jullie visie op online retail?

“We hebben gekozen voor een webshop waarin consumenten niet direct bij ons kunnen kopen maar via een link worden doorverwezen naar de webshops van onze dealers. Ook hebben we daaronder een toepassing waarin ze de dichtstbijzijnde winkel met Ledûb-shirts kunnen vinden. Wij hebben hiervoor gekozen omdat je anders concurrenten van elkaar bent en wij denken dat het voor de consument op de lange termijn beter is om zowel online als offline contact te hebben met winkeliers. Wij vinden service naar de consument toe erg belangrijk en een herenmodespeciaalzaak kan die service verlenen. En we geloven dat er nog steeds er klanten zijn die daarvoor naar winkels opzoeken.”  

Winter 2016 lookbook van Ledûb

Hoe gaat het verder met Ledûb?

“We groeien nog steeds. Het aantal klanten –  400 verkooppunten in Nederland en België – staat wel onder druk, maar we blijven groeien omdat we meer doen per klant. Dat heeft te maken met meerdere leveringen, met het voorraadprogramma en met ons ‘personal made’-concept. Om onze bestaande klanten te behouden is onze servicegerichtheid op een erg hoog niveau. Zo hebben we voor onze klanten een speciaal b2b-systeem waar artikelen bijbesteld kunnen worden. Wie vandaag wat bestelt, heeft het morgen in de winkel. Daarnaast is onze binnendienst nog steeds even groot als tien jaar geleden; toen waren ze druk bezig met orders, nu is dat allemaal geautomatiseerd en richten ze zich vooral op vragen vanuit de retailer.”

Hoe zien jullie de toekomst?

“Wij geloven heilig in de samenwerking met de retailer dus willen we het samenwerken blijven intensiveren. Omdat we weten dat het aantal winkels niet zal toenemen, is samenwerking met klanten onze basis. Neem het delen van voorraadrisico; wij leggen die voorraad neer voor honderden winkeliers en zij kunnen leunen op ons. Ik ben van mening dat we daarmee samen verder komen en dat we samen met de retailer een business model bouwen dat in stand blijft. Daarnaast willen we nog meer met data doen: omdat we verkoopinformatie op artikelniveau vanuit de winkels krijgen, weten we welke artikelen goed verkopen. En omdat wij met onze eigen productie de mogelijkheid hebben om in het seizoen nog bij te produceren, kunnen wij op die manier de vraag vanuit de winkels bijbenen.”