Lingeriemerk Sapph dreigde afgelopen zomer failliet te gaan als gevolg van een claim van concurrent Marlies Dekkers. Deze laatste won op 25 mei de rechtszaak om het auteursrecht van enkele ontwerpen. Hierdoor moest Sapph een groot deel van de handel stop zetten en er ontstonden liquiditeitsproblemen.

Overname
In juli kwam Rob Heilbron, marketingdirecteur van Sapph, uit bij Roland Kahn. Bij de overname van Sapph werd een activadeal gerealiseerd. De belangrijkste activa, zoals de merk- en distributierechten, werden van de bestaande bv’s van Sapph, naar nieuwe bv’s overgeheveld. Roland Kahn werd hier vervolgens de belangrijkste aandeelhouder. Begin oktober hielp hij om een schikking te treffen tussen Sapph en Marlies Dekkers.

Mogelijke faillissementsfraude
Op 11 november is een van die ‘leeggemaakte’ bv’s (M.I.A. Enterprises) failliet verklaard, na op 21 oktober al in surseance te zijn geraakt. De afwikkeling van de achtergebleven debiteuren en crediteuren verloopt niet zonder problemen, dit wordt duidelijk uit het eerste faillissementsrapport dat vorige week verscheen.

Curator Roel Jonker onderzoekt of er sprake is geweest van paulianeus handelen. “Kort voor datum surseance zijn vrijwel alle vaste activa van curanda (M.I.A. Enterprises, red.) verkocht,” vertelt Jonker. “Eveneens is een regeling getroffen met Marlies kort voor de datum surseance. Door verschillende partijen is kenbaar gemaakt dat zij bij deze constructie hun vraagtekens hebben.”

Schulden
“Het is iets dat ik verplicht ben te onderzoeken, ik kan er in dit stadium nog geen conclusies aan verbinden,” zegt Roel Jonker. Met het geld uit de activadeal zijn onder meer preferente schuldeisers en pandhouders voldaan. Er zijn nu nog concurrerende schuldeisers voor een bedrag van ten minste 687.421,61 euro. “Er blijft waarschijnlijk een restschuld bestaan.”

Volgens Jonker is de situatie die is ontstaan na de uitspraak van 25 mei een directe oorzaak van Sapph’s faillissement. De feitelijke doorstart van Sapph – met de overname door Kahn en schikking met Dekkers- vond echter niet in de periode van surseance plaats, maar daarvoor. Daarbij zijn rapporten opgesteld door een taxateur. “Dat is voor crediteuren niet het meest onafhankelijke oordeel,” licht hij toe.