Textilia sprak met mede-oprichter Kaj Huijsman over de groei van Jones&Jones.

Wat maakt Jones&Jones-winkels anders dan andere herenmodezaken?

“Wij moeten het echt hebben van de gezelligheid en de persoonlijke sfeer in onze winkels. De meeste herenmodezaken zijn groot en hebben wisselend personeel. Maar een van onze succesvolste filialen, die in Utrecht, is maar 50 vierkante meter groot. Daardoor heerst er een huiselijke sfeer. Zo hebben we veel klanten die wekelijks voor een kop koffie binnenlopen. Ook geloof ik erin dat alles staat en valt met je personeel, die moet vakkundig zijn en kennis bezitten. Zo neem ik elk jaar een groep van 10-12 man personeel mee naar de beurzen in Berlijn. Ik vind het belangrijk dat onze winkelmedewerkers op de hoogte zijn van de trends en dit aan klanten kunnen vertellen. Ook heb ik onlangs nog een zestigplusser aangenomen, die ergens anders juist was ontslagen. Maar die man heeft zoveel kennis en ervaring, geweldig toch als je zulke werknemers in je winkel hebt staan?” 

En waarin is jullie assortiment onderscheidend?

“Ten eerste voeren wij geen status-labels; ons assortiment bestaat voor 40% eigen productie en 60% van merken als Camel Active, State of Art en Fellows United. Bij ons draait het om kwalitatief goede kleding voor een eerlijke prijs. En daarin leggen we de lat vrij hoog. We krijgen vaak van fabrikanten te horen hoe kritisch we zijn, maar ja, onze klant is dat ook. Die komt bij ons omdat hij een bepaalde mate van kwaliteit verwacht, dus moeten wij daaraan kunnen voldoen. Zodra we iets ontdekken in ons eigen productie assortiment dat kwalitatief iets minder goed is, gaat het direct naar onze outlet.”  

Jullie hebben onlangs twee franchise-winkels geopend. Kun je daar wat meer over vertellen?

“Ja, we hebben dit jaar twee franchise-winkels geopend, een in Wijk bij Duurstede en een in Zutphen. We hebben intussen vier franchise-winkels en daar zijn we erg blij mee. We vinden het fijn om met franchisers te werken; die hebben hart voor de zaak en gaan – net als wij – tot het uiterste om van hun winkel een groot succes te maken; ze sluiten niet om zes uur de deuren om naar huis te gaan, maar gaan desnoods langs de klant om een vermaakte broek persoonlijk aan huis af te leveren.”

Intussen hebben jullie in totaal 14 vestigingen. Wat is jullie geheim?

“Ik denk dat dit tweeledig is. Aan de ene kant hebben wij een collectie die goed in de smaak valt bij onze klanten. Ten tweede denk ik dat dit komt doordat onze overhead-kosten erg laag liggen. Tot voor kort zat niemand bij ons op het hoofdkantoor, we deden alles zelf. Sinds kort hebben we er wel voor een paar dagen in de week een financieel medewerker, maar nog steeds is dit natuurlijk vrij minimaal. Alle winst herinvesteren wij direct in ons bedrijf door winkels te openen. En gelukkig gaat het ook dit jaar weer goed; ondanks dat we niet een al te beste septembermaand hebben gedraaid, staan we weer dik voor ten opzichte van 2015.”

In 2013 zijn jullie begonnen met een online winkel maar jullie zijn daar intussen mee gestopt. Waarom eigenlijk?

“De webshop was niet winstgevend genoeg. Een filiaal moet na een jaar winst gaan generen, en dat geldt ook voor een online winkel. En ik zeg altijd ‘als we iets doen, doen we het goed’. Daarom hebben we ervoor gekozen om er helemaal mee te stoppen en te focussen op de fysieke winkels. Wellicht dat we het in de toekomst weer oppakken, maar voor nu is het goed zo.”

Wat zijn verdere ambities en doelstellingen voor de toekomst?

“We willen graag landelijke dekking, dus zouden we graag winkels in het noorden en zuiden. Daarvoor zijn wij op zoek naar ambitieuze ondernemers die een Jones&Jones-winkel zouden willen openen. Het mooie is: je krijgt als starter een goed op elkaar afgestemd merkenpakket, dat je zelf niet zo 1-2-3 bij elkaar verzameld krijgt. Ook bieden wij een marge die vele malen hoger is dan wanneer de ondernemer het zelf zou doen en helpen wij de winkelier financieel met het opzetten van de winkel.”