De malaise in de kledingbranche is nog niet voorbij, zo meldt het Economisch Bureau van ING.  De Nederlandse consument geeft weliswaar meer uit – in het eerste kwartaal gaven consumenten gezamenlijk 700 miljoen euro meer uit dan een jaar geleden  – maar de kledingbranche profiteert niet van dit herstel.

De gezamenlijke omzet van de kledingwinkels lag in het eerste kwartaal bijna 3% lager dan in het eerste kwartaal van vorig jaar. Ten opzichte van 2008 ligt de omzet zelfs 15% lager.

Tussen 2008 en 2013 werd er fors minder kleding gekocht. De laatste jaren staat de omzet juist onder druk door dalende prijzen. Kleding was in het eerste kwartaal maar liefst 3% goedkoper dan vorig jaar. De laatste keer dat kleding zo veel in prijs daalde was 10 jaar terug, in 2005.

Het winkelend publiek is, mede als gevolg van de crisis, steeds prijsbewuster bij het kopen van kleding. Ze zijn volgens de ING gewend geraakt aan steeds langere perioden van uitverkoop en hoge kortingen.

Daarbij ondervinden kledingwinkels veel concurrentie van bedrijven die alleen op internet hun kleding aanbieden. Inmiddels geeft al 1 op de 7 consumenten aan hun kleding vooral op internet te kopen.

Het online shoppen beïnvloedt niet alleen traditionele kledingwinkels, maar de totale detailhandel. Pure onlinespelers in de detailhandel behaalden in het eerste kwartaal bijna 15% meer omzet dan een jaar terug. De online omzet van de traditionele winkels steeg zelfs met meer dan 20%, zo blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).

De populariteit van online winkelen is volgens de ING mede te verklaren doordat op internet een schat aan informatie te vinden is, denk bijvoorbeeld aan vergelijkingssites en online recensies. Online recensies zijn voor ruim 1 op de 3 respondenten (35%) belangrijker dan advies in de winkel, wanneer ze een aankoop overwegen.

Verrassend is dat de voorkeur ten opzichte van vorig jaar is verschoven richting de fysieke winkel: voor 43% weegt advies in de winkel zwaarder. Advies in de winkel blijft dus belangrijk voor consumenten. De ING concludeert dat fysieke winkels met hun personeel een troef in handen hebben die online minder makkelijk is uit te spelen: echt contact met de klant.