TOP

Rijssen-Holten meest MKB-vriendelijk, mogelijk hogere consumentenprijzen door schaarste productiecapaciteit, leegstaande winkelpanden kunnen 6500 woningen opleveren

Rijssen-Holten is voor de derde keer op rij de meest MKB-vriendelijke gemeente van Nederland en door leegstaande winkelpanden om te bouwen kunnen 6500 woningen worden gecreëerd. Dit en meer in het nieuwsoverzicht van 15 juli.

Leegstaande winkels kunnen 6500 woningen opleveren

Volgens berichtgeving op Retailtrends kan woningtekort voor een deel worden opgelost door leegstaande winkels om te bouwen tot huizen. Dat kan de komende jaren 6500 woningen opleveren. Dit blijkt uit een onderzoek van makelaarsvereniging NVM. Voorzitter Sander Heidinga vindt dit een interessante én mogelijke opgave. Tegenover een oplopend tekort aan 330 duizend woningen begin dit jaar staat volgens hem een eveneens oplopend winkeloppervlak van 800 duizend vierkante meter dat langer dan een jaar leeg staat en beschikbaar is voor een ombouwoperatie. Een beperkende factor ziet Heidinga in het bestemmingsplan dat deze transformatie nog lang niet altijd toestaat. De NVM roept gemeenten op samen met vastgoedeigenaren en makelaars op te trekken. De makelaarsorganisatie ziet dat veel gemeenten wel doordrongen zijn van de door corona versnelde veranderingen in het winkellandschap. Eind vorig jaar bleek uit onderzoek van vastgoedadviseur Colliers International al dat in de zeventig grootste binnensteden plek is voor tienduizend nieuwe appartementen, als lege winkels worden omgebouwd.

Rijssen-Holten meest MKB-vriendelijke gemeente

Uit de zesde editie van de tweejaarlijkse verkiezing MKB-vriendelijkste gemeente van MKB-Nederland, waarin bijna 20.000 ondernemers verspreid over alle gemeenten zich hebben uitgesproken, blijkt dat gemeenten tijdens de coronacrisis hun dienstverlening voor ondernemers hebben verbeterd. Ook ondernemers ervaren dat zo. Opvallend dit jaar zijn de goede scores van de steden: vijf G40-gemeenten staan in de top 10, waarvan Eindhoven met een tweede plaats het beste uit bus komt. De MKB-vriendelijkste gemeente van Nederland is – voor de derde keer op rij – Rijssen-Holten. Ondernemers oordelen in dit coronajaar positiever over onder andere service, beleid en communicatie van hun lokale overheid dan in de voorgaande editie. Gemiddeld krijgen gemeenten het rapportcijfer 7 als het gaat om tevredenheid. Twee jaar terug stond dat verzamelcijfer nog op een 6,7. “Wat we zien, maar zeker ook van ondernemers in het land persoonlijk horen, is dat corona heeft gezorgd voor meer en intensiever contact met de lokale bestuurders en meer onderling begrip”, vertelt voorzitter Jacco Vonhof van MKB-Nederland. “Veel gemeenten hebben zich extra ingespannen om door corona getroffen ondernemers te ondersteunen. Corona heeft veel ellende gebracht, maar heeft óók maar weer eens onderstreept hoe belangrijk ondernemers zijn voor de lokale economie en leefbaarheid. Gemeenten hebben daar op geacteerd.” Voorbeelden hiervan zijn onder andere lokale overheden die de vergunningverlening hebben versoepeld, terrassen die zijn verruimd toen horeca binnen niet mogelijk was en heffingen die werden geschrapt voor ondernemers in gesloten sectoren.

Grote steden scoren beter

Opvallend is de positionering van de grote steden dit jaar. Die doen het aanmerkelijk beter dan andere jaren. Vonhof: “Vijf steden uit de G40 in de top 10, dat is nog niet eerder voorgekomen. Twee jaar geleden stond er niet één stad in.” Eindhoven mag zich op grond van het onderzoek de MKB-vriendelijkste stad noemen en eindigt net achter Rijssen-Holten en vóór Almere op de tweede plek. Eindhoven neemt als MKB-vriendelijkste stad het stokje over van Almere, dat zichzelf overigens ook opnieuw heeft verbeterd. Almere was twee jaar geleden met een elfde plek de best scorende stad, dit jaar staat de gemeente op de derde plek. De andere steden in de top 10 zijn Deventer (vijfde), Tilburg (zesde) en Breda (zevende). Bijzondere vermelding verdient ook Amsterdam, dat daar met een elfde plek net achter komt. De hoofdstad heeft een enorme opmars gemaakt: in 2016 bungelde zij nog in de onderste regionen van de ranglijst, twee jaar geleden haalde ze de top-100 niet.

Mogelijk hogere consumentenprijzen door schaarste productie- en containercapaciteit

Volgens onderzoek door ABN Amro is het mogelijk dat consumenten een hogere prijs betalen in de winkel voor producten die – door lokale lockdowns en grote schaarste aan productie- en containercapaciteit in landen als China – duurder zijn geworden voor retailers. Dit blijkt uit de analyse ‘Schaarste aan productiecapaciteit en containers raakt Retail’, zo meldt Marketingtribune vandaag. Doordat wereldwijd veel samenlevingen weer open gaan en beperkende maatregelen zoals verplichte winkelsluitingen worden opgeheven, neemt de vraag naar producten toe. Daar komt bij dat de onlinebestedingen die tijdens de coronapandemie al sterk waren toegenomen nog altijd hoog zijn. Ook leggen bedrijven wereldwijd grotere voorraden aan. Op korte termijn zijn grotere voorraden handig vanwege de langere levertijden. Daarnaast moeten vorig jaar gekrompen voorraden weer worden opgebouwd. Aan de aanbodkant is het probleem dat de productiecapaciteit van met name Chinese fabrieken op een maximum zit en ze moeite hebben om aan de inhaalvraag te kunnen voldoen nadat naar schatting 90 procent van de Chinese industrie vorige jaar een maand gesloten was. De fabrieken hadden maanden nodig om weer op volle kracht te produceren.

Impact kledingbranche

Kledingwinkels lijken vooralsnog minder problemen te ondervinden met toeleveringen, maar producenten kampen als gevolg van de toenemende vraag wel met stijgende grondstofprijzen van bijvoorbeeld katoen. Het is onzeker in hoeverre deze hogere kosten kunnen worden doorberekend. Kledingwinkels proberen na het rampzalige coronajaar hun marges gezond te houden. Omwille van de broodnodige marge zijn de uitverkopen in de winkelstraten nog beperkt en twee weken later begonnen dan normaal. Toch zijn er ook berichten over het stilvallen van de kledingproductie in bijvoorbeeld Bangladesh. Hier worden fabrieken stilgelegd wegens een lockdown, gerelateerd aan de verspreiding van de deltavariant van het coronavirus. Kledingbedrijven zoals H&M die een groot deel van hun kleding in dit land produceren, krijgen dan mogelijk alsnog problemen met hun voorraad. Retailers die deels dichter bij huis laten produceren, zoals in Oost-Europa, Turkije, Italië en Spanje, zullen hier minder hinder van ondervinden. Vooralsnog heeft de consument weinig last van de stijgende grondstofprijzen en transportkosten. Zo laat de ontwikkelingen van de consumentenprijzen voor kleding en schoenen een soortgelijk beeld zien in het coronajaar als in 2019.

Credit foto: Textilia