In 2014 richtte Emma van Straaten haar eigen merk Voyar La Rue op. “Ik heb altijd al gewerkt in de mode, bij Hugo Boss en de Bijenkorf. Ik kom uit een ondernemersfamilie en dat blijft in je bloed zitten. Ik miste stoere en vrouwelijke items in één collectie. Óf het is zakelijk óf het is stoer. Meestal focussen merken zich op één ding en dat wilde ik niet, ik wilde het juist heel breed trekken.”

Willen retailers en consumenten niet liever een specifiek merk hebben?

“Nee, ik heb wat pop up stores geopend en daaruit kan je goed opmerken wat mensen willen. Wat ik merkte is dat klanten het juist fijn vinden omdat ze kunnen kiezen waar ze op dat moment zin in hebben. Ik wil een beleving creëren voor vrouwen die een winkel binnenkomen en daar van alles kunnen vinden. Ik ben altijd heel tegenstrijdig geweest tot wat andere mensen denken. Misschien is dat ook mijn kracht, dat ik out of the box denk.”

Hoe zou je de vrouw die Voyar La Rue draag omschrijven?

“Een specifieke vrouw is het eigenlijk niet. Het is de normale vrouw die wakker wordt en aantrekt waar zij op dat moment zin in heeft.”

Wat maakt het merk verder anders dan andere merken?

“Wij ontwerpen de collecties ten eerste zelf. Daarnaast gaan wij vanaf volgend jaar met een stof werken die volledig water- en vuilafstotend is. Dat willen we als eerst proberen met bikini’s en (witte) sneakers. Ik zit altijd vol met nieuwe ideeën die nog nergens anders te vinden zijn.”

Hoe is het de laatste tijd gegaan met Voyar La Rue?

“We groeien enorm. We hadden in het eerste jaar een showroom in het World Fashion Center. Daar hebben we wat klanten uit gekregen, maar niet de specifieke klant die ik wilde. Ik heb nu een eigen showroom geopend in Amsterdam Zuidoost. Mensen zien je dan meer als merk en ze nemen je dan serieuzer dan in het WFC. Daar dachten de retailers dat het meer handel is en dat wij het zelf inkopen, terwijl het echt mijn eigen merk is dat ik zelf ontwerp.”

“We hebben nu 90 verkooppunten. De grote uitdaging is om dit vast te houden, maar dat gaat op zich goed.”

Waarom denk je dat zo veel winkels jouw merk hebben liggen?

“Ik denk dat het ook een deel gunfactor is. Mensen vinden het interessant omdat je jong bent, ik was 24 toen ik begon. Daarnaast ben ik ook ondernemersgericht en een goed verkooppraatje helpt wel.”

Ben je nog op zoek naar nieuwe verkooppunten?

“In Nederland wil ik maximaal 120 verkooppunten hebben om het merk nog exclusief te houden. Er zouden dus nog dertig winkels bij kunnen komen. Vooral damesboetiekjes vind ik heel leuk, liever niet te grote winkelketens. Ik gun het liever de kleine ondernemer. Het is leuker om het klein te houden en de contacten met de eigenaren van de winkels goed te houden.”

Hoe werkt de inkoop?

“De marge is 2.8 en we maken vier keer per jaar een hoofdcollectie. Om de maand vullen we die collecties aan met nog zeven hot items. Die baseren we op de vraag van winkeliers, items die ze missen of die juist heel goed lopen. Een maand na ontwerpen, hebben we de items al in de winkel liggen.”

Hoe zie je de toekomst?

“Ik ben nu met kleding begonnen, maar uiteindelijk wil ik daar ook nog accessoires en schoenen aan toevoegen. Ik heb altijd heel veel ideeën in mijn hoofd die ik wil uitwerken. Bijvoorbeeld de water- en vuilastotende stof, maar daarnaast wil ik ook binnenkort veel gaan werken met hout. Daarnaast wil ik ook een flagshipstore openen in Amsterdam. We hebben al vaker pop up stores gehad en klanten vragen dan of we ook een eigen, vaste winkel hebben. Die moet er binnenkort komen.”

“Ik ben nu ook bezig met Azië. In maart ben ik met de Kamer van Koophandel met twintig anderen een week lang in China geweest. Je merkt dat zij Europese merken zoeken die ook willen dat alles geproduceerd is in Europa. Onze productie wordt nu gedaan in China, dus ik ben op zoek naar nog een fabrikant in Italië, Portugal of Spanje.”