TOP

Label to Watch: Bonne Suits [interview]*

‘The Poorman’s Suit’ noemt Bonne Reijn (1990) zijn pakkenmerk Bonne Suits. Want een goed pak moet volgens Reijn voor iedereen toegankelijk zijn.

Hoe is het idee voor Bonne Suits ontstaan?

“Eigenlijk loop ik al vier jaar met het idee voor Bonne Suits rond, maar het kreeg vorig jaar pas echt vorm. Als art director en stylist werk ik veel met artiesten en DJ’s. Bij het uitzoeken van kleding liep ik steeds tegen het probleem aan dat PR-bureaus en winkels niet hadden wat ik zocht.”

Wat was dat dan?

“Een outfit die je zowel naar de disco als naar kantoor kan dragen, die lang meegaat, in de wasmachine kan, kwalitatief goed is en mooi afkleedt. En vooral: die betaalbaar en toegankelijk voor iedereen is. Mijn grootvader zat in de planten en zijn werknemers droegen hetzelfde pak naar de kerk als naar hun werk. Zoiets wilde ik ook, maar dan voor het stadse bestaan. Ik probeer mijn woorden bewust te kiezen, want met omschrijven als ‘workwear’ en ‘heritage’ heb ik niet zoveel. Net als met  ‘casual’ en ‘formal’. Voor mijn gevoel heeft mijn generatie niets met dat soort labels.”

En hoe kwam Bonne Suits toen concreet tot stand?

“Op een gegeven moment zag ik een mannetje van een jaar of zeventig op de Amsterdamse Lauriersgracht lopen, in een simpel, maar prachtig kobaltblauw pak met Palladiums. Ik vond zijn look zo mooi, dat ik hem vroeg waar hij het pak vandaan had. Bleek dat hij het voor 60 euro bij De Mof in de Haarlemmerstraat had gekocht, waar ze vooral veel degelijke werkkleding verkopen. Toen heb ik daar ook een pak gekocht, dat laten vermaken, een nieuw patroon gemaakt met een vriend en dat naar een producent naar Portugal gestuurd.”

Hoe kwam je aan die producent?

“Ik doe al jaren de shoots voor het merk Patta en zij stonden altijd open om hun kennis en contacten te delen. Toen ik mij dit idee kwam, hebben zij de connectie met de producent in Portugal geregeld. Toevallig bleek die kerel met een vergelijkbaar idee rond te lopen en begreep hij precies wat ik wilde. De eerste sample was meteen goed.”

De eerste 100 pakken waren gelijk uitverkocht. Verbaasde je dat?

“Niet echt, want ik had al een jaar lopen roepen dat ik hiermee bezig was. Toen de eerste lading van 100 pakken binnen was, heb ik een sale in mijn eigen huis georganiseerd en waren ze inderdaad binnen een week uitverkocht. De tweede lading in andere kleuren heb ik meteen in een oplage van 400 stuks laten produceren, die is nu ongeveer voor de helft verkocht. De derde bestelling staat nu uit.”

Het is vooral de hipster-community die Bonne Suits oppikt. Was dat ook de bedoeling?

“Het grappige is dat ik het juist niet hip wilde maken, maar het is nu eenmaal wel de wereld waar ik in zit. Studenten van de kunstacademie vinden het tof, maar ook rappers en DJ’s. Dat zijn mensen die er wel bijzonder uit willen zien, maar geen zin hebben om 3000 euro te besteden aan een flashy pak van Oger. Nu is het de kunst om het uit die wereld te tillen en een breder publiek te bereiken, maar tegelijkertijd toch een soort exclusiviteit te behouden.”

Wat zijn je ambities met Bonne Suits?

“Het is mijn droom om dit echt groot te maken. Ik wil een goed pak toegankelijk maken voor iedereen, van beide seksen, alle sociale klassen en voor ieder budget. Daarom twijfel ik ook om met retailers in zee te gaan, omdat ik eigenlijk niet de huidige prijs van 170 euro omhoog wil gooien. Wie weet kan ik op termijn wel een eigen winkel openen.  Verder wil ik me ook op het buitenland focussen, op een vergelijkbare manier als hier. New York en Parijs staan op de verlanglijst, maar de ultieme droom is toch wel verkopen in Tokyo.”