TOP

Juridische strijd in badmintonland

Vorige week besliste de rechter in Utrecht dat de Nederlandse Badminton Bond spelers die niet met het merk Yonex willen spelen niet hoeft toe te laten tot de nationale selecties. De vier spelers en concurrent Dunlop Slazenger die het kort geding hadden aangespannen, leggen zich hier echter niet bij neer. Ze beginnen een bodemprocedure.

Aanleiding voor het conflict is de sponsorovereenkomst die de Nederlandse badmintonbond begin dit jaar heeft gesloten met Yonex. Onderdeel van de overeenkomst is dat spelers in de nationale selecties alleen materiaal van de Japanse leverancier mogen gebruiken. Wie met een ander merk speelt, wordt niet toegelaten. Spelers die niet toegelaten worden tot de nationale selecties, mogen niet deelnemen aan landenteamtoernooien. Daarnaast zullen zij bij deelname aan (inter)nationale toernooien de reis- en verblijfkosten (deels) zelf moeten voldoen.

Topbadmintonners Dicky Palyama en Eric Pang spelen met materiaal van het badmintonmerk Carlton van Dunlop Slazenger International en Judith Meulendijks met materiaal van het merk Forza. Zij werden daarom niet geselecteerd voor het recent gehouden EK voor teams.

 

Topbadmintonplan

Rik Moens van Yonex-importeur Distri Sport International NV legt uit hoe de sponsorovereenkomst tot stand is gekomen: “Bij de Olympische Spelen in Beijing kon Badminton Nederland voor het eerst in zestien jaar geen deelnemers afvaardigen. Na grondige evaluatie van het missen van de Spelen is een nieuw, ambitieus topbadmintonplan opgesteld.

De bond heeft extra financiële middelen nodig om haar sportieve doelen waar te maken. Yonex heeft belang bij een succesvol sportief programma en heeft de bond door middel van een contract steun toegezegd voor een bedrag van 3,5 miljoen euro verdeeld over de volgende zeven jaar. Daarmee kan de badmintonbond op korte termijn de selectiespelers blijven steunen en uitzenden naar internationale toernooien. Deelname aan toernooien is zeer belangrijk om de spelers hogerop te brengen en zal uiteindelijk moeten leiden tot deelname van de spelers aan de Olympische Spelen van 2012 en van 2016.”

Rik Moens wijst er verder op dat slechts enkele ‘gearriveerde’ topspelers en één jeugdspeelster het kort geding hebben aangespannen: “De Nederlandse senioren- en jeugdselecties bestaan uit zeker vijftig spelers en speelsters. Die kunnen dankzij de overeenkomst met Yonex proberen de top te bereiken. Het is het belang van enkelen, die hun carrière voor een belangrijk deel aan de Nederlandse Badminton Bond te danken hebben, tegenover dat van een grote groep talenten die aan het begin staan van een internationaal loopbaan.”

 

Het oordeel van de rechter

In een kort geding stelde de rechter de Nederlandse Badminton Bond vorige week in het gelijk. De rechter oordeelde dat niet aannemelijk is geworden dat de Nederlandse Badminton Bond door het sluiten van de sponsorovereenkomst mededingingsregels heeft overtreden. Ook is het sluiten van de sponsorovereenkomst volgens de rechter, hoewel het voorstelbaar is dat de gevolgen voor de betrokken spelers ongewenst zijn, niet onaanvaardbaar.

De rechter was van oordeel dat het algemeen belang van de badmintonbond zwaarder weegt dan het belang van de spelers om te allen tijde te kunnen bepalen met welk materiaal zij spelen. De rechter woog hierbij mee dat de bond onder meer heeft aangevoerd dat zij het geld van sponsor Yonex zeer dringend nodig heeft om haar doelstellingen goed te kunnen uitvoeren.

Rik Moens vindt het jammer dat het contract tussen Yonex en de Badminton Bond zoveel onrust heeft veroorzaakt, maar is blij met de uitspraak van de rechter. “We betreuren ten zeerste dat er zoveel commotie over dit contract is ontstaan. Enkele van onze collega’s/concurrenten vinden het namelijk niet leuk dat sommige van ‘hun’ spelers voor Yonex zullen kiezen. Met een rechtszaak en eis tot annulering van het contract tot gevolg. Gelukkig vond de voorzieningenrechter de eisen die onze collega’s hadden gesteld niet terecht en kan het volledige contract uitgevoerd worden. Laten we hopen dat de conflicten met verstand en overleg zullen worden opgelost in het belang van badminton.”

 

Principekwestie

Peter Blommaert, B2B manager en Product Manager Indoor Sports bij Dunlop Slazenger, ziet dat anders. “Dit is zowel voor ons als voor de spelers een te principiële kwestie om het hierbij te laten en daarom hebben we besloten om een bodemprocedure te beginnen. Hierin eisen wij vrijheid in materiaalkeuze. Spelers moeten ongehinderd hun materialen kunnen kiezen.

Als ze tijdens teamtoernooien waarin ze voor ons land uitkomen een nationaal teamtenue moeten dragen van een ander merk dan het onze, dan maakt ons dat echt niet uit, maar de vrije keuze van schoenen en racket is voor een badmintonner van essentieel belang. Daarnaast spelen er voor ons natuurlijk commerciële belangen. Op de vraag of een eventuele overstap van een aantal spelers naar Yonex een ‘keuze’ genoemd mag worden, is ons antwoord dat wij de mening zijn toegedaan dat dit niet het geval is en dat er sprake is van dwang.”

 

Gevolgen

Het conflict in het badminton zal door andere sportbonden, sporters en merken met belangstelling worden gevolgd. Als de beslissing van de voorzieningenrechter overeind blijft, zou dat bijvoorbeeld kunnen betekenen dat de KNVB spelers van het Nederlands elftal kan verplichten om op schoenen van een bepaald merk te spelen.

Volgens Peter Blommaert is een sponsorovereenkomst zoals de Nederlandse Badminton Bond en Yonex die hebben afsloten nog niet eerder voorgekomen. “Deze zaak ontstijgt de sport badminton en het ontstijgt zelfs ons land. We hopen dat de rechter in een bodemprocedure hier nog eens uitermate grondig naar zal kijken en tot een andere conclusie dan de voorzieningenrechter zal komen.”