TOP

Het geheim achter familiebedrijven: Blijdesteijn uit Tiel [deel 2] *

Decembermaand, familiemaand. Textilia bezoekt daarom vier familiebedrijven in de mode met een lange geschiedenis. Deel 2: Blijdesteijn uit Tiel. "Aandacht, dat willen klanten."

“Het was mijn grote wens om in ons familiebedrijf te werken. Als kind hielp ik al mee bij speciale dagen, evenementen of in het magazijn. Ik heb niet eens meer de moeite genomen om om mij heen te kijken.”

Bram Blijdesteijn (38) is de zesde generatie van de Blijdesteijn-familie uit Tiel. Hij zit in zijn kantoor op de bovenste verdieping van het pand met 3500 winkelmeters waar het modehuis sinds twee jaar zit. De ramen op deze derde verdieping geven uitzicht op het centrum van de stad.

In 1833 begon de geschiedenis van Blijdesteijn Mode. “In die tijd ging je nog de boer op: met stoffen langs de boerderijen waar vrouwen dan zelf kleding en bijvoorbeeld gordijnen maakte. Wij kwamen niet alleen op de woonhuizen aan de verharde weg maar namen ook de moeite om langs de boerderijen aan verder weg gelegen modderpaden te gaan. Wij waren trouw aan de klanten en zij daarom aan ons.”

Aandacht

Bram hecht zelf veel waarde aan de familiegeschiedenis. “Niet dat ik er dagelijks bewust mee bezig ben maar als je praat over toekomstvisie of met derde partijen merk je toch dat het anders is om zo’n geschiedenis te hebben.”

Volgens hem wordt er nog net zo ondernomen als vroeger en dat houdt in: alles voor de klant. Het woord vertrouwen valt vaak. “Aandacht, dat willen klanten. Wij krijgen klanten uit Rotterdam, Utrecht, Tiel omdat wij net een stap verder gaan in onze service. Ons aanbod is breed. Klanten krijgen koffie, elk weekeinde is er wel een evenement, van live muziek tot een biologische bakkerstent in de winkel. Onze medewerkers fungeren als personal shoppers en zijn haast maatschappelijke dienstverleners.”

“Internet is plat”

In internet gelooft Blijdesteijn dan ook niet. “Het is plat, jij krijgt er niet de beleving zoals in een fysieke winkel. Mijn vader zegt altijd: ‘Met dingen kun je niet lachen, met mensen wel’.” Toch is er wel een website, een Facebook-pagina en een Twitter-account. “Zestig procent van de klanten kijkt eerst op de site naar ons aanbod. Onder nieuwe klanten is dat wel negentig procent.”

Toch ziet hij niets in een webshop. “Dan moet ik een wit overhemd op de site zetten, terwijl er al honderden witte overhemden online te koop zijn. Ik zie de toegevoegde waarde niet. Online gaat het om de prijs en daar wil ik niet om vechten. En die ene klant die zegt dat hij een bepaald overhemd in andere kleuren wil, nou die kan een mailtje sturen en dan regel ik het.”

Een nadeel van het internet vind hij dat je stoffen niet kan voelen en niet weet hoe de pasvorm is. “Kijken naar hoeveel paar schoenen er online gekocht worden en weer teruggestuurd.” Lachend: “Ik wou dat ik dat bedrag aan geretourneerde schoenen verdiende.”

Niet alleen maar slanke mensen

Sinds de verbouwing bij Blijdesteijn twee jaar geleden trekt het modehuis jongere klanten. “Voor de verbouwing waren we hoogdrempeliger, oubolliger. Maar we waken er wel voor niet alleen maar voor jonge, slanke, strakke mensen te verkopen. We willen iets hipper zijn maar moeten oude klanten niet uit het oog verliezen. Bovendien zijn steeds minder mensen heel slank.”

Niet alleen het aanbod bij Blijdesteijn maar ook de klanten veranderen. “Vroeger liep een oma van zestig jaar in een bloemenjurk maar mijn moeder draagt bijna dezelfde kleren als mijn zus, alleen dan van andere merken.” In het brede aanbod shirts van 10 euro maar ook van 100 en jassen van 1000 tot 5000 euro.

Familiebanden

De vader van Bram, die boven de oude winkel werd geboren, droeg de zaak twee jaar geleden over aan zijn twee zoons en dochter. Volgens Bram verloopt de samenwerking met broer en zus heel goed. “Een goede taakverdeling is essentieel. Je moet elkaar niet met dagelijkse dingen voor de voeten lopen en er moeten voor het personeel vaste aanspreekpunten zijn.”

Het voordeel van een familiebedrijf is volgens Bram dat je elkaar goed kent. “We hebben aan een half woord genoeg. Je stapt makkelijker over ruzies heen. Het kantoor klapt hier bij wijze van spreke wel eens uit elkaar maar daarna komen we altijd lachend weer de vloer op.” Als nadeel noemt hij dat ook de familiebijeenkomsten in weekeinden over de zaak gaan.

Verantwoordelijkheid

Hij heeft zelf drie dochters, waarvan de oudste vier jaar is. Hij hoopt dat in ieder geval één van hen ook in het familiebedrijf stapt. “Zo niet dan zal dat heel verdrietig zijn maar ik ga ze niet dwingen. Ik en mijn broer en zus zijn nooit gedwongen. Je moet dit werk ook echt leuk vinden want het kost veel tijd, is soms stressvol en je draagt een hoop verantwoordelijkheid.”

Dat een familiebedrijf je ook niet makkelijk los laat, bewijst Bram’s vader wel. Hoewel hij zich uit de dagelijkse leiding heeft teruggetrokken komt hij bijna dagelijks langs. “Hij kan het werk loslaten maar vindt het heel leuk om hier te zijn en contact met klanten te hebben.”