Ramon Hagen, eigenaar van SD Creation (kinderkleding en een kleine collectie schoenen) in Alphen a/d Rijn:
“Ik geloof voor komende winter in een beeld met grove breisels en bont, maar geen echt bont. Voor tops heb ik qua kleurgebruik gekozen voor kleurrijkere items. Ik laat me hierbij leiden door de collectie van mijn merken, denk aan Custo, Scotch Shrunk en Nolita. Je wilt er toch een bepaald beeld van neerzetten. Molo past ook in het beeld van niet-matchende sets. Het moet opvallen op het schap. Klanten zijn op dit moment namelijk bereid meer te betalen als het er goed uitziet. Basics laten ze liggen. Daar heb ik mijn inkoop op afgesteld. Winterjassen echter heb ik ingekocht in neutrale kleuren: nautische tinten en voor meiden zwart en wit. Voor schoenen mik ik ook op wat neutralers, omdat de kleding heel aanwezig is. Ik koop ze in bij mijn kledingmerken, Nolita, Vingino, Retour en Name It. Van Nolita heb ik bijvoorbeeld een wat hoger enkelschoentje ingekocht in een zandkleur met glansje en een vacht van binnen. Van Name It krijg ik een Ugg-achtige binnen. Van Vingino zie ik veel in de hogere sneakersmodellen. Van Retour vind ik de Lumberjackachtige schoen in cognac met lichte zool erg goed.”

Marion Timmer van Junior Mode in Houten:
“Aan typische wintertrendjes als bont of prints van ijsberen en sneeuwkristallen, doe ik niet, want als het 1 januari is wil mijn klant dat niet meer. Ik denk heel erg aan mijn doorverkoopcijfer. Ik probeer wel altijd een vertaling te maken van de trends. Ik heb een wat behoudendere klant. Het zilver dat je vorig seizoen veel zag, voer ik dit seizoen dus, maar wel subtiel. Een jeans combineer ik met een colbertje of een klassiek bloesje. De harembroek zie ik het liefst met een hoge klassieke laars met hakzool om het niet te casual te maken. Afhankelijk van de tuniek kun je daar een stoere laars bij combineren in ruiger leer, met veel details en een doorlopende zool. Voor jongens ga ik voor de regular jeans in een niet te sterke wassing. De broek moet wel smoel hebben met een rijke uitstraling. Dit ligt heel subtiel. Ik zie daar het liefst de enkelboot onder, maar helaas willen jongens dat niet. Zij kiezen voor praktisch: snel aan-en-uit. Waar ik verder in geloof en dat heeft ook weer minder met de trends te maken maar meer met de doorverkoop, is dat ik jassen los vind staan van de collectie. Bij veel merken zie je dat de jas door de kleur en het printje in een thema past. Hier is de klant totaal niet op uit. Ook daarom heb ik jassen los in de winkel. Hetzelfde geldt natuurlijk voor schoenen. Verder let ik bij mijn inkoop sterk op het prijsniveau. Als ik jassen en schoenen voor 160 euro per stuk zou verkopen, zie ik mijn klant de rest van het seizoen niet meer terug. Die gaat dan shoppen voor de laagste prijs op internet om de bovenkleding van hun kind bij elkaar te sprokkelen. De Ugg Australia ten slotte vind ik helemaal zonde van het geld. Mensen hebben recht op waar voor hun geld.”

Lenneke Knape van Bink & Betty in Haarlem:
“We hebben een skatewinkel voor kinderen en daarom gaan we niet mee met de gangbare modetrends. Bij ons vind je juist niet de trends. Bij ons is het allemaal wat meer rock ‘n roll. We geloven in grijs, zwart, veel sterren en polka dots. Hoewel we jeans eerst niet zo groot voerden, wordt jeans ook bij ons steeds belangrijker. De basicmodellen kopen we in van Blue Rebel en Rockefella. Hierin is de goede prijs belangrijk. Voor speciale items als de harembroek kopen we in bij de merken Finger in the Nose, Quicksilver, Roxy, Pepe en Miss Sixty. Wat schoenen betreft voeren we echte skatemerken die een lijn voor kinderen hebben uitgebracht. Het zijn Vans, Etnies, Emerica, Es en Adio. We hebben de schoenencollectie ingekocht op kleur, iets aparts, dus totaal anders dan de klassieke sportschoen. Bij ons is het namelijk zo dat men vaak op het merk afgaat. Echter klanten die deze merken niet kennen, laten de donkere staan. Daarom is kleur voor ons zo belangrijk.”