TOP

Wat doen deze modemerken met duurzaamheid 5 jaar na Rana Plaza? [deel 1]

Op 24 april is het vijf jaar geleden dat kledingfabriek Rana Plaza instortte. Bij de ramp kwamen ruim 1100 mensen om het leven. Wat is anno 2018 de stand van zaken? Wat is er anders en hoe bewust is de consument inmiddels als het gaat om sociaal verantwoorde mode? Textilia spreekt in dit eerste deel van een tweedelige serie met onder meer H&M, Joline Jolink en Expresso over duurzaamheid in het licht van Rana Plaza.

Miriam Swaans, mede-eigenaar van jurkenwebshop Dresses Only en jurkenlabel Serendipity

“Vlak na de ramp vijf jaar geleden had ik in eerste instantie niet in de gaten wat de impact was. Maar het duurde niet lang, misschien maar een paar uur, tot duidelijk werd wat er echt aan de hand was, en dat het meer dan een ongeluk was. Rana Plaza was een keerpunt.”

Als het anno 2018 over eerlijke productie gaat, wordt naar die ramp verwezen. Voor ons is er bijna niets veranderd, ons productieatelier zit letterlijk een paar kilometer van ons vandaan, dichterbij kan haast niet.”

“In principe kan het overal beter, ook in Nederland. Maar wij werken met ondernemers die mensen in dienst hebben die een eerlijke beloning krijgen en werken onder Nederlandse arbeidsomstandigheden in een net atelier. Dat is gewoon goed. “

Buitenlandse productie

“Ondertussen hebben wij voor kleine producties ook gekozen voor het buitenland, simpelweg omdat niet alle technieken en fabrikanten in Nederland aanwezig zijn. Dat geldt bijvoorbeeld voor kwetsbare materialen of arbeidsintensieve bewerkingen. Dan werken we natuurlijk wel exclusief met gecertificeerde productiekanalen, dat waren voor ons absolute voorwaarden.”

“We werken nu met een Nederlandse partner met productiecapaciteit in Polen. Daar moet ik voor een groot deel vertrouwen op wat we zien en de certificaten. Naar het Azië gaan was voor ons geen optie, je hebt op zo’n afstand geen zicht op de productie. Het is onze verantwoordelijkheid om zicht op de productie te hebben.”

“Vijf jaar na de ramp zie ik nog steeds dat er een kleine groep klanten is die waarde aan sociaal verantwoorde productie hecht. Het overgrote deel klanten is niet zo bezig met verantwoorde productie. Dat heeft niets te maken met voor een dubbeltje eerste op de eerste rang zitten, het is voor deze klanten een kwestie van ‘mooi meegenomen’. Als ze twee jurken zien die ze allebei mooi vinden, zullen ze waarschijnlijk degene kiezen die ook nog eens verantwoord is geproduceerd. Maar ze willen in eerste instantie gewoon een mooie jurk.”

Verantwoordelijkheid

“Ik vind dat je daarin als merk, fabrikant of keten zelf verantwoordelijkheid in moet nemen. We willen de consument verleiden, maar ook dat hij de verantwoordelijkheid neemt. Terwijl wij ons juist in de positie bevinden om het verschil te maken. Ons bedrijf is daarom bijvoorbeeld ook lid van Reshoring Connection, een initiatief van met name Midden-Brabant dat focust op het terughalen productie uit Azië naar lokale bedrijven.”

“Eerst wilden bedrijven massaproductie, maar veel deugde niet en moest worden weggegooid. Bewustwording is tegenwoordig belangrijker, bedrijven overwegen toch vaker om productie terug te halen. Ik denk: er zullen altijd grote spelers zijn die produceren op een manier waar je niet blij van wordt. Maar binnen nu en x aantal jaar geloof ik erin dat de consument meer keuze zal hebben uit betere en bewust geproduceerde producten.”

 

Annet Feenstra, sustainability & communication manager van H&M

“Het Bangladesh Akkoord voor brand- en bouwveiligheid is essentieel geweest voor verbeteringen in de kledingfabrieken in Bangladesh. Het heeft een enorme positieve impact gehad omdat het een brede samenwerking is tussen internationale merken, vakbonden en fabrieken. Het is belangrijk dat het werk wordt voortgezet om de hele textielindustrie in Bangladesh veiliger te maken. Daarom heeft de H&M-groep ook de verlenging van het akkoord getekend, waarin nu ook de bevordering van vrijheid van vereniging is opgenomen.”

Implementatie

“De nieuwe, aanvullende vereisten van het Akkoord worden nu geïmplementeerd in meer fabrieken. Zie hiervoor gedetailleerde informatie over de voortgang de Akkoord website de Akkoord-website of op de H&M website. Voor ons zijn het openbaar maken van leverancierslijsten en transparantie belangrijke factoren voor een duurzamere mode-industrie.”

“We hebben in 2013 onze leverancierslijst gepubliceerd op onze website en die sindsdien steeds aangevuld met meer gegevens. In onze leverancierslijst staan de gegevens vermeld van de directe leveranciers die 98,5 procent van onze producten maken en van de sub leveranciers die de materialen leveren voor 60 procent van onze producten.

Werknemersvertegenwoordigers

Bij de H&M-groep geloven we dat goed functionerende industriële relaties cruciaal zijn voor het verbeteren van arbeidsomstandigheden en het creëren van eerlijke banen. Een belangrijk onderdeel van onze Fair Living Wage Strategy is daarom het implementeren van democratische verkiezingen voor werknemersvertegenwoordigers.”

“Daarnaast ligt onze focus op de invoering van een transparant loon managementsysteem (de Fair Wage Method) bij onze leveranciers. Dat zorgt ervoor dat bij het bepalen van de lonen rekening wordt gehouden met individuele vaardigheden, werkervaring en verantwoordelijkheid.”

“Bij 100 procent van onze leveranciers in Bangladesh zijn nu democratische verkiezingen voor werknemersvertegenwoordigers gehouden. In totaal werden 2.882 personen gekozen, waarvan 40 procent vrouw is. 227 fabrieken met 445.575 werknemers in Bangladesh hebben ons ‘workplace dialogue programme’ gevolgd. Bij 61 fabrieken van leveranciers met 235.980 werknemers, is nu een verbeterd loon managementsysteem ingevoerd.”

Opleidingscentrum

“Om de vaardigheden van werknemers te verhogen heeft H&M in Dhaka een opleidingscentrum opgericht. Er zijn nu 1102 studenten opgeleid in dit Centre of Excellence. Daarnaast hebben we 10 enterprise trainingprogramma’s opgezet in samenwerking met de ILO en SIDA, waar nu 5.048 textielarbeiders getraind zijn.”

“Samenwerking is de beste manier om de uitdagingen aan te pakken met betrekking tot arbeidsomstandigheden en lonen in de mode-industrie. Daarom werkt H&M samen met 16 andere wereldwijde merken en vakbonden binnen het ACT-platform met als doel om mechanismen in te stellen die de vrijheid van vereniging en collectieve onderhandelingen in de hele sector ondersteunen.”

 

Joline Jolink, mode-ontwerpster voor het gelijknamige label

“Is het alweer vijf jaar geleden van Rana Plaza? Ik weet het nog zo goed, machteloos voelde ik me. Wij werken niet met zulke grote ateliers zo ver weg. Ik denk dat het noodzakelijk is om verder uit te zoomen. In Bangladesh, en vele andere landen, worden mensen uitgebuit omdat er in het gehele modesysteem simpelweg teveel druk zit op alle betrokkenen en alle resources. Mens en milieu, maar ook dieren, worden tot een uiterste gepusht in een ongezonde concurrentiestrijd: de meeste producten, voor de laagste prijs, het snelst in de winkels. Dat moet doorbroken worden.”

Andere manier van produceren

“Wij doen dat door geen seizoenscollecties meer te maken en zo de piekperioden bij de productie-ateliers te mijden. En door direct aan de consument te verkopen, waardoor er ruimere marges zijn voor duurdere, duurzame materialen en eerlijke maakkosten bij productie-ateliers in Nederland, België, Portugal, Polen, Turkije, Roemenië.”

Kritische consument

“De bewustwording onder de consument wordt gelukkig steeds groter. Dat heb ik duidelijk gemerkt de laatste vijf jaar, doordat wij direct klantcontact hebben. Ik word er via Instagram gewoon op aangesproken als ik een weekend Londen per vliegtuig doe, want niet duurzaam en niet passend bij mijn merk. Confronterend? Zo hoort het wat mij betreft. De consument heeft vandaag de dag inbreng. Daarvan kunnen ze zich wat mij betreft niet bewust genoeg zijn. Het kan nog altijd beter, daar is een taak weggelegd voor kritische journalisten en bewuste moderedacties.”

Publiekelijk uitspreken

“De consument moet geïnformeerd worden, opgeleid zo je wilt. Dat is wat er in ons bedrijf is veranderd de afgelopen jaren: we zijn mondiger geworden, transparanter. We leggen desnoods voor de honderdste keer uit waarom onze kleding de prijs heeft die het heeft, waarom we voor ongebleekte organic denim kiezen, waarom bewust voor beperkte oplages en nooit meer sale. Educatie is key. Persoonlijk ben ik daarom ook steeds meer bereid om me publiekelijk uit te spreken, zoals komende zomer tijdens het Fair Fashion event in Rotterdam.”

 

Tjitske Verra, pr-consultant voor vrouwenmodelabel Expresso

“Voor Expresso was het altijd al belangrijk om aandacht te besteden aan maatschappelijk verantwoord ondernemen, ook voor de ramp in Rana Plaza. Zelf produceren we ook niet in Bangladesh. Verandering is een continu en geleidelijk proces, elk jaar zetten we weer stapjes om het productieproces en de controle hierop te verbeteren.”

“Sinds 2004 is Expresso lid van de Fair Wear Foundation (FWF), een onafhankelijke organisatie die de condities controleert in de naaiateliers. Samen met de leveranciers bundelen we onze krachten op de omstandigheden in de toeleveringsketen te verbeteren.”

Cconvenant Duurzame Kleding en Textiel

“In 2016 ondertekende we het convenant Duurzame Kleding en Textiel. Op 4 juli 2016 is dit ondertekend door ruim 60 Nederlandse modebedrijven waaronder Expresso. Het is opgesteld door een brede coalitie van branche-organisaties, vakbonden, kritische organisaties en de Rijksoverheid. De partijen willen overkoepelende issues als gevaarlijke werkomstandigheden en milieuproblemen gezamenlijk aanpakken en transparante informatie aan de consument geven. Expresso rapporteert jaarlijks over de gerealiseerde stappen. Met die ondertekening conformeren wij ons dus formeel en publiekelijk. We zien het als een belangrijke aanscherping van ons MVO-beleid.”

Corporate social responsibility

“Wat bijzonder is aan Expresso, is dat we in China, Turkije en India corporate social responsibility managers (CSR-managers) ter plaatse hebben. Afspraken kunnen immers wel schriftelijk gemaakt worden, maar toezien op de naleving daarvan is weer een ander verhaal, zeker in landen die ver weg zijn. Onze CSR-managers doen niet alleen dienst als controleur, maar ook als vertrouwenspersoon.”

Langdurige relaties met leveranciers

“Wat het corporate social responsibility beleid van Expresso onderscheidt, is dat we inzetten op langdurige relaties met leveranciers. Door langere samenwerkingen aan te gaan, kunnen er echt sprongen worden gemaakt. Vertrouwen is heel belangrijk om samen op een duurzame manier de werkomstandigheden te verbeteren. In 55 procent van onze locaties nemen we zelfs 10 procent of meer van de productiecapaciteit in, door zoveel af te nemen op één locatie triggeren we de locaties om hun omstandigheden te optimaliseren.”

Bewustzijn

“Er komt steeds meer bewustzijn omtrent sociaal verantwoorde kleding. Consumenten zijn nieuwsgierig en transparantie speelt dan ook een steeds grotere rol in ons beleid. Onze klanten kunnen daarom sinds kort zien op onze website zien in welke landen geproduceerd wordt en het productieaandeel per land.”

Transparantie

“Ook werken we er aan dat bij al onze artikelen direct zichtbaar is of een artikel vervaardigd is van een duurzamer materiaal, zodat een klant makkelijk een weloverwogen beslissing kan nemen. Daarnaast plaatsen we regelmatig blogs en artikelen in het Expresso magazine waarin we meer vertellen over het productieproces en onze werknemers in de fabrieken een gezicht geven. Transparantie is key.”

Sociaal verantwoorde productie is prioriteit

“Voor Expresso blijft veilige en sociaal verantwoorde productie te allen tijde een prioriteit. In 2017 is het ons gelukt om 84 procent van de bedrijven te bezoeken en 89 procent te monitoren, enorm hoge percentages! Sinds 2004 zijn we al aangesloten bij de Fair Wear Foundation, we hebben net onze beoordeling van 2017 binnen, dit was een good! Hier zijn we uiteraard ontzettend blij mee. Transparantie, duurzaamheid en bewustzijn creëren blijven de belangrijkste pijlers naar een veilige, sociaal verantwoorde productie en de openheid hierover naar onze klanten.”