Het jaren ’80 en ’90-jeansmerk Tripper is sinds vorige week weer terug op de markt. Wat bracht je op dit idee?

“In 2014 hebben we het merk overgenomen (van Just Brands, red.), dus de plannen leefden al even. Vervolgens hebben we er de tijd voor uitgetrokken om het label weer sterk in de markt te zetten.”

Wat is de meerwaarde van dit merk? Waarom denk je dat het opnieuw in staat is succesvol te zijn?

“Uit onderzoek blijkt dat ondanks de jarenlange afwezigheid, de geholpen merkbekendheid van Tripper nog steeds ongelofelijk hoog is. Maar liefst 24 procent. Dat schept vertrouwen. Daarnaast zagen we ruimte in het vrouwenaanbod. We zien dat onze doelgroep steeds breder wordt en dat vraagt om een breed aanbod. Tripper is een qua modellen fits en wassingen een mooie aanvulling.”

In het persbericht staat dat Tripper in eerste instantie exclusief verkrijgbaar is bij Jeans Centre. Dat impliceert meer plannen.

“Dat heb je goed gelezen (lacht). Voor nu zeg ik: we gaan stap voor stap. Natuurlijk hebben we een droom als je kijkt naar de prestaties van het merk in de jaren ’80. Maar daar gaan jaren overheen. Voor nu geven we het merk zoveel energie als nodig, zodat de naam en de jeans weer gaan leven.”

Jeans Centre is sowieso flink in ontwikkeling. Afgelopen week opende een winkel in Utrecht, binnenkort volgt Den Haag. Het afgelopen jaar zijn meerdere vestigingen vernieuwd. Wat levert je dit op?

“We maken een mooie, gezonde en consistente groei door. Vorig jaar was erg goed. Onze klantenbase wordt groter en we merken dat klanten vaker langskomen. Dit betekent dat we meer aanspreken en dat betaalt zich duidelijk uit.”

Hoe verklaar je deze resultaten?

“We hebben onze kernwaarden gedefinieerd en daarbij kwam vooral het woord ‘vriendschap’ naar voren. Dit betekent dat klanten als ze bij ons binnenkomen een vriendschappelijke, fijne sfeer moeten ervaren. Door de beste koffie die we bieden en de vernieuwde materialen op de winkelvloer. Verder trainen we onze mensen regelmatig, onder andere om hun kennis te vergroten.”

Is het eigenlijk moeilijk om je bedrijf servicegericht te maken?

“Je hebt met mensen te maken, dus ja. We doen ons best om als onderneming daarin te faciliteren en het de medewerkers zo gemakkelijk en leuk mogelijk te maken. Zelf vind ik het bijvoorbeeld helemaal geweldig om mee te helpen in de winkels als het druk is. Het goede voorbeeld te geven en ook die weekendhulp in Sneek betrokken te maken door onze kernwaarden uit te leggen.”

Ben je tevreden over het huidige winkelconcept?

“Ik vind onze winkels bovengemiddeld mooi en interessant. Maar we blijven door ontwikkelen. De retail gaat zo snel. Vroeger kon je tien jaar met een concept doen, nu misschien maximaal vier jaar. Maar kijk om je heen, ander formules zijn ook in beweging. Dus je moet meebewegen, stilstaan is geen optie. Maar: als je een gezond bedrijf wil blijven moet je reële stappen nemen. En niet alles tegelijk willen. Jeans Centre heeft bijna honderd winkels. We streven ernaar eind dit jaar de helft van de vestigingen grondig te transformeren. 

Het valt me op dat je trouw blijft aan de ‘blauwe’ denimformule. Je kiest niet voor een bredere aanpak?

“Onze naam zegt het eigenlijk al: hier kun je jeans halen. Dat is waar we goed in zijn. Natuurlijk worden de collecties steeds modischer, maar we zijn het sterkst in denim. Ons jeanspakket is dan ook verbeterd. Garcia, het belangrijkste merk, doet het fenomenaal goed. Over andere labels als LTB, Wrangler en Rockford Mills ben ik ook erg tevreden.”