De concurrentie voor de ‘harde A1’ winkels is volgens DTZ Zadelhoff ‘moordend’. “Winkeliers verdringen elkaar”, schrijft het in een marktanalyse. “De modebranche en de internationale retailers zijn steeds dominanter aanwezig om zoveel mogelijk consumenten te bereiken die zowel in de fysieke winkel als online voor omzet moeten zorgen. De locaties met de meeste passanten zijn het populairst.” Gevolg is dat huurprijzen stabiel blijven en zelfs stijgen.

Buitenlandse retailers hebben zich de afgelopen jaren enthousiast in het A1-gebied gevestigd. Redenen zijn volgens DTZ Zadelhoff de internationaal gezien laag huurprijsniveau in Nederland en een koopkrachtig publiek. Naar schatting wordt 15 tot 20 procent van de winkels op A1 door buitenlandse ketens bezet. Dit zal de komende jaren toenemen.

Merk belangrijker dan winkel

Voor kleinere, binnenlandse ketens en modewinkels wordt het hierdoor moeilijker in A1 gebied te blijven of zich hier te vestigen. Een nationale mutiple brand-modeketen: “In grote plaatsen wordt het voor ons steeds moeilijker om de markthuurprijs nog te kunnen betalen. We kunnen niet mee met de bedragen die buitenlandse retailers betalen. De Kalverstraat lukt ons niet meer.”  

De zichtbaarheid en herkenbaarheid is volgens DTZ Zadelhoff steeds belangrijker geworden voor de winkels op A1 omdat consumenten het merk van het product belangrijker vinden dan het merk van de winkel. Bovendien zijn zij op zoek naar een beleving waardoor single brandstores een bedreiging zijn geworden voor multi-brandstores.