TOP

Dertig jaar Funkie House: ‘Ik heb het mezelf niet altijd makkelijk gemaakt’

Funkie House in Rotterdam bestaat dertig jaar. We legden eigenaar Wilco van der Werf daarom dertig vragen voor. Over retailen toen en nu, successen en missers, werken op de automatische piloot, bedrijfsblindheid en omgaan met het weer. “Ik ben eerlijk naar mezelf als ik bepaalde zaken niet meer kan, weet of zie.”

In 1989 opende Wilco van der Werf zijn Funkie House in Rotterdam. Een winkel waar diverse subculturen als streetwear, skate, surf, hiphop en dance samenkwamen en zorgden voor een opvallend divers assortiment. Tien jaar later volgde een tweede vestiging in Den Haag, tegelijkertijd met streetwearzaak Daily Rush, dat in 2017 is opgegaan in Funkie House. In drie decennia heeft Van der Werf de nodige kennis en ervaringen opgedaan, dus hoog tijd voor een terug- én vooruitblik op de moderetail. 

 

Wat voor gevoel geeft dat? Dertig jaar ondernemen?  

“Ik vergeet vaak dat we al zolang bezig zijn. Ik kijk liever vooruit, in plaats van achteruit. Een tijdje geleden kwam er een stylist bij mij in de winkel, voor een tentoonstelling over het Rotterdamse uitgaansleven. Toen hebben we uit de ‘grotten’ van Funkie House wat dozen gehaald met posters en advertenties van vroeger. Als je dat dan allemaal doorneemt, denk je pas weer: oh ja, dit en dat hebben we ook nog gedaan. We hadden een truck in de Dance Parade, gingen jarenlang met klanten op wintersport en het personeel van discotheek Now & Wow droeg onze shirtjes.”

 

Branding vond je dus al vroeg belangrijk. Wat leverde je dat op?

“Goede naamsbekendheid. We waren en zijn wereldberoemd in Rotterdam, zeg maar. Voor mij was dit vanzelfsprekend. Ik dacht: waar onze doelgroep is, daar moeten wij ook zichtbaar zijn.”

 

Met welke gedachte ben je Funkie House begonnen?

“Op straat zag ik skaters, surfers en snowboarders die allemaal hun eigen kledingstijl hadden. Ik wilde dit mixen, want zelf snowboarde en surfde ik ook. In de Nederlandse retail zag je toen allemaal hokjes. Of je had een blauwe denimwinkel, of een sportzaak of een hardcore skateshop. Ik vond dat zo raar. Totdat ik in New York zaken zag die een mix boden, zoals Urban Outfitters, mijn grote voorbeeld. In het begin was dit best lastig werken, omdat merken ons continu in een hokje stopten. Maar de mix van stijlen is altijd goed geweest voor ons. De basis blijft streetwear, maar verder kunnen we door onze brede assortiment altijd meebuigen met de trends. Zo is outdoor nu belangrijk, dus brengen we meer van dit soort producten.” 

 

Waarom ben je begonnen met retailen?

“Ik heb de mode altijd leuk gevonden. Ik werkte bij CoolCat als verkoper en als rayonleider. Daar heb ik geleerd hoe het is om in de retail te werken. En ik vind deze branche nog steeds heel leuk, ook al geef ik steeds meer uit handen en sta ik niet meer op de winkelvloer.”

 

Mis je dat niet?
“Soms wel. Het contact met de klanten was altijd goed. Sommige mensen komen speciaal voor jou langs en je hebt meer feeling met wat er bij je klanten leeft. Maar op een gegeven moment is het denk ik gezond om dit over te laten aan jonge, gepassioneerde verkopers.”

 

Hoe blijf je bij?

“Ik laat mij voor een groot deel informeren door bedrijfsleiders en het verkoopteam. Daarnaast ga ik mee naar alle inkoopafspraken en bezoek ik beurzen.” 

 

Lees verder na de foto.

 

2

 

Welk moment zou je over willen doen?

“Niet de beginperiode, dat was leuk, maar echt heftig. Ik werkte zeven dagen per week, deed de inkoop en maakte lange dagen in de winkel. Zo’n zeven jaar erna, was leuker. We waren hot en happening en alles klopte. De merken die we wilden lagen in de winkel, we waren zichtbaar in de bladen, zangeres Anouk kwam langs en promootte Funkie House. Het was een diverse tijd. De ene keer ging ik mee met een wintersporttrip, het andere moment regelden we een feestje en daartussen ging ik op inkoop.” 

 

Is er een verschil tussen retailen nu en in het verleden?

“Het is veel zakelijker geworden. In het verleden was de retail wat losser. Je liep gemakkelijk tegen handeltjes, interessante partijen en nieuwe merken aan. Dat je naar een beurs in Las Vegas of Londen ging en dan als eerste met een merk kwam. Je kan nog steeds de eerste zijn met een label, maar dat maakt niet zo’n indruk meer. Klanten hebben dit vaak allang op Instagram of internet gezien.”

 

Wat is je beste besluit tot nu toe?

“Om te verhuizen naar een groter pand. We gingen van 250 naar 750m2. Een spannende stap, want je krijgt te maken met meer kosten en personeel. We werden ook wel verketterd, want als streetwearwinkel moest je vooral niet te groot zijn, maar je richten op het nichesegment. Ik denk dat we door groter te worden, juist de crisis hebben overleefd. We mikten op diverse pijlers, streetwear, Scandinavisch, outdoor. Daarbij biedt de grote ruimte ons de mogelijkheid om te kunnen uitpakken – een statement te maken – als we ergens in geloven. Zoals de shop-in-shop van Carhartt WIP in de basement.”

 

Ergens spijt van?

“Natuurlijk. Mij werd ooit als eerste Uggs aangeboden. Daar heb ik nee tegen gezegd en we weten allemaal hoe dat is gegaan. We dachten dat die spuuglelijke, dure dingen voor surfers niet zouden verkopen in een land waar de surfcultuur niet bijster groot is. Ineens ging het – boem – helemaal los. En het stopte ook niet. Daar heb ik weleens aan teruggedacht ja.”

 

Je hebt vast ook weleens een gelukkige hand gehad.

“Natuurlijk, heel vaak. Van Birkenstock hebben we containers vol verkocht. Met Gsus zijn we gelijk begonnen en dat werd supergroot. Paul Frank, ook zo’n merk. We zijn groot in Adidas Originals gestapt toen het bij Adidas zelf nog een niche-lijn was. Soms waren we te vroeg en hadden merken en items tijd nodig. Een andere keer ging de verkoop direct los. Alles draait om timing.”

 

Lees verder na de foto.

 

3

 

Wat is de belangrijkste ondernemersles die je hebt geleerd?

“Dat het om een gezonde mix van gevoel en cijfers gaat. Ga niet te veel af op cijfers, maar ook niet op je gevoel. Je moet een mooie balans vinden. We hebben alles ingevoerd en ik kom met keiharde cijfers – omzetten, omloopsnelheden – op inkoopafspraken. Maar dat is slechts mijn basis. Daarnaast laat ik mijn ervaring en gevoel spreken. Het kan zijn dat een merk slecht heeft verkocht, maar dat ik toch meer inkoop. Omdat de collectie er beter uitziet, of het gevoel is gewoon goed. Uiteindelijk vaar ik eerder op gevoel. Met dat enthousiasme moet ik nog steeds uitkijken. Ik ben nooit een heel zakelijke ondernemer geweest. Ik houd van mooie, bijzondere merken. Daarmee heb ik het mezelf ook niet heel makkelijk gemaakt. Ik had vroeger grote merken kunnen binnenhalen, een G-Star, Only, maar ik heb altijd gezocht naar nichemerken.”

 

Waarom?
“Ik vond deze merken niet passen bij ons concept. Het zijn mooie labels, maar niet spannend genoeg voor ons. We zoeken naar vernieuwing, waarvoor mensen speciaal naar ons komen.” 

 

Waarin ben je als ondernemer veranderd?

“Ik ben ouder en wijzer geworden. Zakelijker en rustiger. Ik was zeven dagen per week bezig. In de avonduren kleedde ik mensen in Hilversum en in het weekend stond ik in Now & Wow voor een van onze feesten. Die diversiteit vind ik nog steeds heel leuk aan dit vak. En ik ben nog steeds een gevoelsmens. Ik kan nog steeds een blij ‘Sinterklaas’-gevoel krijgen als er nieuwe leveringen binnenkomen. Ik ga nog steeds iedere dag met plezier naar mijn werk.”

 

Ligt nooit de automatische piloot op de loer?

“Nee, gelukkig niet. Daar ben ik altijd geducht op geweest. Ik blijf openstaan voor nieuwe dingen. En ik ben eerlijk naar mezelf als ik bepaalde zaken niet meer kan, weet of zie. Een stukje modegevoel bijvoorbeeld. Ik was veel op festivals en in discotheken te vinden, dan zie je wat er leeft onder je doelgroep. Dat doe ik niet meer en dan is het belangrijk je dit te laten vertellen door je personeel. Hetzelfde geldt voor het hele internetverhaal: ik laat me informeren door mensen die daar verstand van hebben. Of ik ga naar presentaties en masterclasses van Inretail en RauwCC, een Rotterdams reclamebureau.”

 

Lees verder na de foto.

 

7

 

Welk cijfer geef je Funkie House op dit moment?
“Een 9! Een hele goede voldoende, maar ik ben altijd kritisch en kijk naar wat beter kan. We zijn enorm gegroeid, in professionaliteit en uitstraling. In dertig jaar is het best moeilijk om continu een bepaald niveau vast te houden. Na de laatste verbouwing, twee jaar geleden, zijn we weer hot en happening. Alles valt op zijn plek: het vernieuwde concept, het nieuwe logo, de Carhartt WIP en Obey shop-in-shops en een optimaal team hebben voor een enorme boost gezorgd. Dit heeft de afgelopen twee jaar geresulteerd in een enorme groei.”

 

Welke ontwikkelingen houd je in de gaten?

“De ontwikkelingen rondom internet en webshops. De retail verandert en je moet jezelf blijven uitvinden en durven te veranderen. Ik zie online business niet per definitie als de kip met de gouden eieren, er zijn uiteindelijk weinig webshops die echt goed geld verdienen. Toch kijken we hoe wij ermee aan de slag kunnen. Ik noem het ook wel ‘dure Instagram’. Het is je uiting, je etalage, waarop mensen zien wat je te bieden hebt. Een onderdeel dat energie en geld kost, maar zeker nodig is.” 

 

Heb je gedachten over de toekomst van de stenen winkel?

“De beleving in een fysieke winkel is nog steeds belangrijk. Je komt binnen en ervaart een bepaalde sfeer en ziet stijlen en producten zoals wij dit op de beurzen zien. Je hebt in de winkel meer te bieden dan alleen producten. Het contact met klanten bijvoorbeeld. Ik vind clicks & bricks een mooie term, waarbij online en offline elkaar aanvullen.”

 

Wat maakt jouw winkels toekomstbestendig?

“Dat we openstaan voor verandering. We zijn altijd op zoek naar nieuwe merken en ontwikkelingen. We denken niet: we hebben dit en dat is het. We zijn niet bang om mee te gaan met veranderingen.”

 

Lees verder na de foto.

 

4

Jeans of streetwear?

“Streetwear vind ik spannender. Ik hou van mooie jeansproducten, maar streetwear is ook waar onze basis ligt.”

 

Outdoor of streetwear?

“Oeh. Nogmaals streetwear, maar persoonlijk vind ik de outdoorproducten steeds geweldiger worden. Een merk als The North Face hebben we al heel lang, maar we breiden steeds meer uit met andere merken als Patagonia, Columbia en streetwearmerken pakken ook een en ander mee van outdoor mee. Ik houd van die mix, maar ik pak wel het liefst de items waar merken het beste in zijn. Fleecejassen van Patagonia of The North Face en niet van een modemerk. Denim halen we bij een denimspecialist als Nudie Jeans en jassen bijvoorbeeld bij Elvine.”

 

010 of 070?

“Ik woon in 070, in Scheveningen, en de tweede vestiging van Funkie House is in Den Haag. Toch houd ik ook van het bruisende van Rotterdam. In mijn enthousiasme had ik ooit het idee om allemaal Funkie Housen te openen in Nederland. We hebben ooit twee jaar een winkel in Breda gehad, maar ik kwam er snel achter dat we dat niet gingen redden. Het is daar het concept niet naar – de kracht van Funkie House is dat het erg persoonlijk opgebouwd is – en je moet jezelf in duizend stukken verdelen.”

 

Houd je zelf van winkelen?

“Tijdens beurstrips gaan we altijd een middagje shoppen. Ik vind het leuk om te ontleden waarom winkels prettig voelen. Komt dit door de ruimte, het licht of de sfeer? Daar leer ik nog altijd van. En als ondernemer let ik altijd op stomme details. Liggen de producten recht, is er goed geprijsd, hangen de hangers zoals het moet?”

 

Het is maandagochtend, jij stapt je winkel binnen. Waar kijk je als eerst naar?

“Om bedrijfsblindheid te voorkomen maak ik elke maandag standaard een ronde, voordat het teamoverleg begint. Dat heb ik eens van een andere ondernemer geleerd. Ik begin buiten. Kijkend naar de etalages: zijn de ramen schoon, hangen de juiste producten erin? Binnen laat ik even alles door mijn handen gaan wat er nieuw is binnengekomen en kijk ik of de winkel er goed en schoon uitziet.”

 

Lees verder na de foto.

 

6

 

Slechte verkopen worden vaak gerelateerd aan ‘het weer’. Hoe anticipeer jij op de weersomstandigheden? 

Lacht: “er wordt inderdaad veel over het weer geklaagd in de retail. Dit speelt zeker een rol in de verkoop, maar het is niet een onoverkomelijke factor. Ik laat niet meer zoals vroeger alles zo snel mogelijk binnenkomen. Lange tijd was het een soort ratrace met concurrenten wie het eerste de shorts of winterjassen had hangen. Nu kijken we naar de cijfers van een jaar eerder en daaruit blijkt dat het helemaal geen zin meer heeft om al in juni winterjassen in te hangen. Ik laat ze dus in augustus, september langzaam binnenkomen en in verschillende drops. Gelukkig zijn ook steeds meer merken zich bewust van de voordelen hiervan. Goede samenwerking met hen is superbelangrijk. Ik order namelijk een goede basis en bestel bij of ruil artikelen om gedurende het seizoen. Dit werkt heel fijn. Je bent meaner en leaner doordat je niet meer met enorme collecties en voorraden werkt. En je doorverkoop schiet door deze werkwijze de lucht in.” 

 

Met welke collega-ondernemer zou je een dag willen ruilen?
“Er zijn zoveel ondernemers – van groot tot klein – die ik bewonder. Ik heb voor elke ondernemer respect. Sowieso omdat het een uitdaging is om te ondernemen op dit moment. Je komt om in de wetten en regels.”

 

Een aantrekkelijk assortiment of superservice bieden?

“Vanzelfsprekend een mix, maar als ik moet kiezen een aantrekkelijk assortiment. Ons publiek is ontzettend goed geïnformeerd en komt bij wijze van spreken met een telefoon in de hand de winkel binnen. Voorheen kwamen mensen meer vrijblijvend langs. Aan de andere kant: we moeten wel een sterke service leveren. We zijn geen H&M of Primark. En het doorgeven van de verhalen achter de merken en producten is daarbij belangrijker dan ooit.”

 

Lees verder na de foto.

 

5

 

Hoe belangrijk is duurzaamheid voor jou?

“Steeds belangrijker. We hebben altijd wel verantwoorde merken gehad, maar mensen vroegen er niet specifiek naar. Nu wel steeds vaker. Dit jaar hebben we groot ingezet op Veja-schoenen. Afgelopen zomer hebben we dit merk erg goed verkocht, maar hadden we een chronisch tekort. Voor de liefhebbers hebben we vegan Dr. Martens. Online hebben we alle ‘responsible’ merken en producten voorzien van een groene smiley. Dat gaan we nu ook in de winkels doorvoeren bij de rekken en producten. Ik merk dat bedrijven er keihard mee bezig zijn en dat het leeft bij mijn klanten, maar ook bij mijn medewerkers.”

 

Wat maakt eigenlijk dat mensen graag Funkie House binnenstappen?
“Mensen worden graag verrast bij ons. We hebben een grote groep vooruitstrevende klanten, maar ook meer ingetogen mensen stappen bij ons binnen. We bedienen een brede groep en zo stellen we ons ook op. We hebben sneakers van vijftig euro en Red Wings van driehonderd euro. Spijkerbroeken voor zestig euro, maar ook Japanse selvedge denim van 250 euro. Als iets binnen de collectie past en we vinden het Funkie House, dan leggen we het neer.”

 

Wat is jouw advies voor de nieuwe generatie retailers?
“Ondernemen is vooral doen. Niet lullen maar poetsen. Ik ken veel mensen die allerlei plannen hebben en voor advies langskomen, maar je kan iets ook dooddenken. Tuurlijk, je moet je voorbereiden, maar ga er gewoon voor. Ik ben uiteindelijk ook gewoon klein begonnen. Besef wel dat je zeker in het begin knetterhard moet werken en niet wakker moet liggen als je een paar ton in het rood staat. Dat hoort er allemaal bij. Het hangt ook van je passie af. Een onderneming slaagt negen van de tien keer als je er echt lol in hebt, anders verveelt het snel.”

 

8

 

9

10

11

12