TOP

Binnenkijken bij het vernieuwde Dirk de Wit Mode in Bovenkarspel: ‘Net de Bijenkorf’

Na een jaar verbouwen is afgelopen week Dirk de Wit Mode in Bovenkarspel heropend. Naast meer ruimte zijn er nieuwe blikvangers als het toegevoegde luxesegment, de ruime schoenenafdelingen en een restaurant. Tom de Wit, mede-eigenaar: “De verbouwing is ook voor onze eigen motivatie heel belangrijk.”

Foto’s: Dirk de Wit Mode

Kijkend naar de metamorfose: waar ben je het meest enthousiast over?

Tom de Wit, samen met neef Nick eigenaar van Dirk de Wit Mode: “Dat zijn meerdere dingen, maar met name toch wel de uitbreiding van hospitality en gastvrijheid. Als je bij ons binnenloopt is er vrijwel direct gelegenheid om iets te eten en drinken. Ga je de trap op, dan loop je tegen een bar aan waar je terecht kunt voor koffie en thee. En op de tweede etage vind je ons nieuwe restaurant met een ervaren chef-kok en team.”

“Dit alles maakt de winkel completer. Eerder hadden we ook al wel kleine versnaperingen als smoothies, appeltaart of kleine hapjes, maar nu kunnen mensen ook echt hier lunchen of een borrelplankje bestellen. Er komen mensen uit heel Noord-Holland hiernaartoe, die voorheen ergens anders gingen lunchen na een winkelbezoek bij ons. We merken na een paar dagen al dat dit invloed heeft op het koopproces. Dat mensen na een hapje of drankje toch nog even kijken bij die schoenen of dat jasje waar ze over twijfelen.”

Daarnaast ben ik blij met de complete nieuwe uitstraling. We hebben vooraf nauwkeurig alle posities – van de vloer, wand en rekken tot alles wat je eigenlijk ziet – op de winkelvloer bekeken en gekeken hoe het mooier en beter kan. We zijn redelijk kritisch, maar de eerste indruk is goed.” 

Wat hadden jullie voor ogen?

“In 2013 hebben we de zaak overgenomen van onze vaders. Er werkten toen 55 man. In krap tien jaar tijd zijn we met het team gegroeid naar 88 medewerkers en nu na de verbouwing naar 110. We hebben ieder jaar een plus gerealiseerd, dus we groeiden letterlijk uit ons jasje. We wilden meer overzicht en transparantie, we hadden namelijk veel gangpaden waardoor je niet van de ene kant van de winkel naar de andere kant kon kijken. Dat kan nu wel. We wilden verder een nieuwe doelgroep aanboren, waarvoor we meer luxe merken voor mannen en vrouwen hebben opgenomen. Daarnaast hebben we een naastgelegen schoenenwinkel overgenomen, waardoor we nu twee complete schoenenafdelingen kunnen bieden.” 

Hoe zijn de reacties tot nu toe?

“Overweldigend. Klanten zijn allemaal hartstikke enthousiast. Ik heb al een paar keer voorbij horen komen dat mensen het net de Bijenkorf vinden of vergelijken met winkels in de P.C. Hooftstraat. Het ‘warenhuisgevoel’ wordt gewaardeerd. Dat is mooi te horen als je zoveel tijd en energie in de verbouwing hebt gestoken.” 

Hoe heb je het verbouwingsproces van één jaar beleefd?

“Het is een lang proces geweest met vergunningaanvragen, participatie van de buurt, het finetunen van plattegronden en indelingen en het werven van een aannemer en interieurbouwer. Vorig jaar september zijn we begonnen met het slopen van de schoenenwinkel en het uitgraven. In januari zijn we de lucht in gegaan en in mei hebben we onze intrek genomen in een tijdelijke locatie. ‘Jeetje wat is het snel gegaan’, zeggen veel klanten, maar voor ons duurde het hele traject toch lang.” 

Heb je hier qua omzet iets van gemerkt?

“We hadden al de ervaring om vanuit een grote tent te verkopen. In 2008 hebben we door een brand dertien maanden daar gebruik van gemaakt. De tent was een redelijk volwaardige winkel die er top uitzag, waardoor er goed werd doorverkocht. Ik denk dat we tien tot vijftien procent onder ons normale niveau zaten. Dat valt mee. De laatste weken liep dit percentage op, omdat mensen duidelijk aan het wachten waren op de nieuwe winkel.”

Waren er ook hobbels en uitdagingen?

“In eerste instantie hadden we het idee om in de winkel te blijven gedurende de verbouwing. Dit kon niet, alles zat onder het gruis en stucwerk en er was te veel herrie. Het zou ook een uitdaging zijn om alles op een beperkt aantal meters te presenteren. Toen hebben we bij de gemeente navraag gedaan voor een tijdelijke locatie. Er kwamen steeds wel nieuwe hobbels op ons pad, maar die hebben we steeds creatief weten op te lossen.”

Hoe belangrijk is deze verbouwing voor het bedrijf?

“Erg nodig, om weer toekomstproof te zijn. We hadden misschien nog een aantal jaren door kunnen gaan in de oude situatie, maar dan was op een gegeven moment de omzet gestagneerd. Om te kunnen groeien en om het verschil te maken tussen andere winkelsteden was dit noodzakelijk.”

Er is flink geïnvesteerd, hoe gaan jullie dit terugverdienen? 

“We hebben tevoren een cashflowprognose gemaakt om de financieringsaanvraag te kunnen doen, dus dit is allemaal gecalculeerd. We gaan hierbij uit van een vijfjarenplan met om te beginnen dertig procent omzetgroei vanaf nu. Volgend jaar komt daar iets bovenop, het doel is om binnen zeven jaar weer genoeg vlees op de botten te hebben. Dat moet kunnen, want in 2013 hebben we het bedrijf overgenomen en dat is nu nagenoeg afbetaald.”

Waar verwacht je groei?

“De hoofdmoot zit in hetgeen wat we al deden, alleen is nu de presentatie ruimer van opzet. Het bredere aanbod, met nieuwe merken, de nieuwe doelgroep: daar verwachten we veel van. Net als van de schoenen en het restaurant. Qua marketing gaan we nu ook online weer meer van ons laten horen. Daarbij verwacht ik ook groei in de webshop.” 

“Weet je wat het is: de verbouwing is ook voor onze eigen motivatie heel belangrijk. We hadden kunnen doorgaan op dezelfde voet, maar dat kunstje kennen we. We zien nu al dat de verbreding van ons aanbod goed ontvangen wordt. Prijs maakt niet ontzettend veel uit zien we, want broeken van 69,95 euro verkopen goed, maar ook die van 239,95 euro. Of neem het restaurant. Dat is een leuke, nieuwe uitdaging om uit te denken. Vrijdag, op de openingsdag, waren om half twaalf in de ochtend al een aantal tafels bezet. Toevallig waren er gisteren ook mensen van het bekende restaurant Meijer’s 2.0 in Medemblik en ook zij waren enthousiast. Daar krijg je energie van.”