TOP

SKC: Kleding van grote ketens geproduceerd voor hongerloon

Vrouwen in Azië die voor Nederlandse merken kleding produceren krijgen veel te weinig betaald om van te leven. Dit moet blijken uit een onderzoek van de stichting Schone Kleren Campagne (SKC).

Voor het SKC-onderzoek werden 392 arbeidsters uit zeventien fabrieken geïnterviewd over hun arbeidsomstandigheden. De vrouwen werken in fabrieken waar kleding wordt gemaakt voor C&A, J.C. Rags, M&S Mode, Miss Etam, Prénatal en WE. Uit de gesprekken blijkt dat fabrikanten hun arbeiders veel te weinig betalen.

Reacties
Prénatal, M&S en J.C. Rags hebben al gereageerd op het onderzoek en willen de namen van de onderzochte fabrieken weten, zodat ze kunnen ingrijpen. De Schone Kleren Campagne roept de Nederlandse kledingindustrie op om iets te doen aan de toestanden.

Pieter Walraven van de Raad voor Nederlandse Detailhandel (RND), en tevens woordvoerder van vier van de zes genoemde bedrijven, zegt in de Telegraaf dat ze dat graag willen, ‘maar dan moeten ze ons wel vertellen welke fabrieken ze onderzocht hebben. Anders kunnen we geen actie ondernemen, of controleren of hun onderzoek überhaupt klopt’. Walraven had het onderwerp liever uit de media gehouden: “Wij willen best met de SKC in gesprek. Toch gaan ze nu heel activistisch de media opzoeken. Zo kennen we ze weer”.

Bangladesh
Een van de landen waar de lonen van fabrieksmedewerkers te laag zijn, is Bangladesh. Voor dat land hebben de Verenigde Naties een leefbaar loon ingesteld van 53 euro per persoon per maand  en voor een gezin van vier is dat 89 euro per maand. Dit is ook vastgesteld in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens. De arbeiders in Bangladesh die de kleertjes van Prénatal maken verdienen volgens het onderzoek van SKC gemiddeld 29,89 euro per maand, dit ligt dus ver onder het minimum loon.